Fotografie is gestolde tijd,

zodra de foto is gemaakt. Geschiedenis. Foto’s vertellen wat er gebeurde of hoe iemand eruit zag. En vooral hoe de fotograaf keek naar de wereld, wat de opvattingen waren in zijn tijd. In een groepsportret zijn niet alleen mensen te zien maar ook ordening. Hoe zijn ze gegroepeerd, wie mag zitten en wie staat, vooraan of achteraan, belangrijk of onbelangrijk, verlegen of dominant. Ik houd ervan om mensen, en landschappen, die in de geschiedenis verdwenen zijn weer tevoorschijn te halen. Oude foto’s bekijken is een vorm van onderzoek. Door oude foto’s vertellen de mensen die vòòr mij leefden over hoe hun wereld eruit zag.

Mijn grootvader Marinus de Jong was van september 1926 tot september 1928 leraar Nederlands aan de Rijks HBS in Ter Apel. Daar ontmoette hij mijn grootmoeder Louise die met haar man, dominee Herman Baudet, in 1927 in de pas gebouwde pastorie van de Kloosterkerk kwam wonen. Haar huwelijk met de twaalf jaar oudere dominee was niet gelukkig, en het duurde niet lang of de jonge leraar en de domineesvrouw werden verliefd. Ze waren beiden zevenentwintig jaar oud. Misschien om een schandaal te vermijden, maar misschien ook uit ambitie verhuisde Marinus in augustus 1928 naar Haarlem waar hij leraar werd aan het Stedelijk Gymnasium. Louise verliet haar dominee en trok tijdelijk in bij haar zusje in Amsterdam. Ze trouwden in de zomer van 1929, en in 1930 werd mijn vader geboren. En ik in 1957.

1970

Ik werk graag met lagen omdat dingen nooit eenduidig zijn. Ook wat onder de oppervlakte is, telt mee.

Op oude foto’s heeft de tijd een laag aangebracht op het oppervlak. Beschadigingen en verkleuringen, scheuren en stof. Ze laten zien dat het materiaal oud is. Als je ze wegpoetst vertel je maar een deel van het verhaal.

zt



Mimesis II









Augustus.


Dubbel #1


Dubbel #2